Criteria kunstsubsidie
Verschillende fondsen hebben verschillende criteria waarop ze een kunstsubsidie aanvraag beoordelen. Deze criteria vind je op de site van het fonds (in het fondsenoverzicht staan ze ook alvast voor je op een rijtje). Wanneer je een aanvraag doet is het niet genoeg te schrijven dat je deze criteria nastreeft. In je projectplan moet zichtbaar zijn hoe dat gebeurt. Nu zijn daar niet altijd vaste regels voor en het hangt ook af van de invalshoek van de lezer/het fonds. Toch zijn er een aantal dingen waar je rekening mee kunt houden. Hieronder een kort overzichtje van veel voorkomende criteria:
1. Artistieke kwaliteit
Artistieke kwaliteit is een lastige, het kunstwerk is immers nog niet gemaakt. Belangrijk is dat je een goed artistiek concept hebt. Dat je een duidelijke, goed omschreven visie hebt van wat je precies gaat doen. Daarnaast is het belangrijk wie het gaat doen. Welke mensen er bij het project betrokken zijn. Zijn de betrokkenen aantoonbaar zeer ervaren of getalenteerd dan geeft dat het fonds vertrouwen dat de kwaliteit van het te maken project ook goed zal zijn. Ook een comité van aanbeveling kan je hier mee helpen. Dit comité van aanbeveling bestaat uit een groep individuen die jouw werk en/of het project aanbevelen. Belangrijk is dat dit comité bestaat uit mensen die hun sporen al verdiend hebben binnen jouw vakgebied.
2. Cultureel ondernemerschap
Je cultureel ondernemerschap zit vooral in de begroting van de kunstsubsidie aanvraag en dan met name in je dekkingsplan. Hoe ga je het project financieren? Je start bijvoorbeeld met het aanvragen bij meerdere fondsen. Een combinatie van overheidsfondsen en particuliere fondsen is dan meestal een pré. Maar dat alleen is niet genoeg. Zoek je ook naar andere vormen van financiering, zoals crowdfunding en sponsoring? En hoe pak je dat aan? Ook je eigen inkomsten zijn van belang, vormen die een substantieel deel van je dekkingsplan? Ten slotte, hoe zie je de toekomst van dit project of jouw ontwikkeling als kunstenaar? Fondsen die een sterk belang hechten aan cultureel ondernemerschap zien je liever niet al te vaak terug komen voor meer subsidie. Denk dus na hoe je je project met behulp van deze kunstsubsidie uiteindelijk zelfstandig kan laten draaien of hoe je jezelf als kunstenaar uiteindelijk kan bedruipen zonder al te veel kunstsubsidie.
3. Toegankelijkheid
De toegankelijkheid van je project zit hem zowel in de inhoud als in de promotie. Het is een beetje een dooddoener, maar experimenteel en cutting edge werk is misschien niet geschikt voor een fonds dat een sterk belang hecht aan publieksverbreding. Zorg er dus voor dat uit je artistiek concept blijkt dat het gaat om toegankelijk werk, zoals een familievoorstelling of kunst in de openbare ruimte. Daarnaast is het van belang dat je dat grotere publiek ook daadwerkelijk naar je project toe krijgt. Dit is een kwestie van de juiste promotie. Laat dus ook in je publiciteitsplan zien dat je promotie hier op gericht is.
4. Actualiteit/relevantie
Termen als actualiteit, relevantie en noodzaak zijn misschien wel het lastigst. Bijna geen enkel kunstwerk weet daadwerkelijk voedselproblemen op te lossen of kanker te genezen. Zeker als je als kunstenaar werk maakt vanuit intuïtie en gevoel is het lastig aan te geven waarom dit werk nou per se gemaakt moet worden. Toch, als je een echt goed idee hebt of een echt bijzonder kunstwerk wil maken is de relevantie of actualiteit vaak wel aanwezig. Om deze te vinden is het goed van een afstand naar je werk te kijken, het liefst met hulp van buitenstaanders. Wat betekent je werk voor de kunst, voor je vakgebied, voor je omgeving of voor de toeschouwer? Welke actuele thema’s raakt het of wie kan het helpen? Verwar relevantie niet met maatschappelijk. Hoewel veel kunstsubsidie fondsen zich richten op maatschappelijke relevantie is dit niet voor alle fondsen van belang. Grensverleggende kunst van ongekende artistieke kwaliteit is ook belangrijk.